Hij het t’n Baaierlander gezien , Hoeksche Waardse gezegden en Hoeksche Waardse woorden die je wel eens gehoord kan hebben

Redactie Hoeksch Nieuws
10 Min Read
Foto Archief

HOEKSCHE WAARD – Elk Durp ( dorp )  en gehucht in de Hoeksche Waard heeft wel een woord of gezegden en dan denk je huh? Vandaag Hoeksche Waardse gezegden en  woorden die je wel eens in de Hoeksche Waard gehoord kan hebben…

GEZEGDEN

Als ergens veel behoefte aan is, is het vaak slecht te krijgenAs ’t brij reegent heb iederêên een lepel nôôdig
Ben je gek gewordenHè je je harses op ’t besteebord laete legge
dacht ik aldoch ‘k al
De kans voorbij laten gaanD’n haering over ’t hôôd gezaaild
de schapen staan allemaal in de weide schaepe staon aomel in d’n waai
de wegen komen allemaal bij elkaarde wege komme aomel bij mekaor
Een opstandig mensEen kwaoien errepel
heb je haastmô je gaon hooie
Heb je slaap?Hè je vaok?
Het glimt / glanst heel erg’t Glim azz ’n hondekullechie in de maneschijn
Het regent hard’t Regen hoekvurrekies
hij is erg slechthij is zôô slecht as pitwaoter
Hij kan me watHij kè me de moord bobbere
Ik ben alleen thuisIk het ’t hok ruim
  
Ik ben even weg‘k bin effe d’n hort op
naar bed gaanin ’t koesie duike
Op dit moment geen zin in werkenHij het t’n Baaierlander gezien
volgens mijvolleges mijn
zit niet zo te wiebelen / woelenzit niet zôô te jakke

 

245 WOORDEN

’s Gravendeel; inwoners zijn seuters’s Graevendêêl
’s GravendelerSeuter

A

Aal (meisjesnaam)Aêl, Aol
aal (paling)ael (paeling)
aalbessenellebesse
Aansporing voor kinderen om naar bed te gaanpisse, bidde, pap ete en nae je nest !
Aanstaande (donderdag al?)Nou ’n donderdag al?
aardappelerrepel (ook aerepel)
aardappelenerrepels, errepele, aerepels, aerepele
aardbeierrebees (ook errebaai)
aardbeienerrebeze (ook errebaaie)
Achter de feiten aanlopenOp zolder zitte as ’t brij reegent
achterafvan achtere kijk ‘ie een koe in z’n kont
andersanderster
arbeidererrebaaier
ArieAai, Aoi, Aei, Ooi
asfaltbetuum

B

bedstedebèstee
beestjebêêsie
beetjebietjie
bekken (muziek)dessel
bijnabekant
Blaakschedijkd’n Blaek. Inwoners zijn Blaekse Katte
bleekblaaik
  
bliksemenviere of vure
bloemetjeblommechie, blommetjie
boerderijstee; een kleine boerderij is een `spullechie`
bootbôôt
boterbutter
breiwolsêêt, sjet
brutaalonstrant
brutaalastrant, maar dit is nog steeds gangbaar algemeen Nederlands
bulldozer (Caterpillar)rups of rips

D

daardaer, daero, gunterwaait
daar heen / die kant opgun op
daarom zeg ikdêê ‘m zêê ‘k; daerom zêê’k
dagjedaechie
dakgootdakgeut
dakkapelkappeluif, koekkoek
dakraamkoekoek
ded’n (afhankelijk wat er achter komt. Het is d’n dominee d’n dokter en d’n bakker, maar de burgemeester, de kruidenier en de melkboer)
de suikerfabriekde peefebriek, de pêêfebriek
De WachtDe Wacht. Inwoners zijn koffieleuters
dekseldessel
dezedeuze
deze kant opdut-op
dichtbijduchtbij, in ’t voorste
dijkdijk, daik
dijkdaaik (Oud Beijerland)
dooierdoor
doordeur
Door en door slechtZôô slecht as pitwaoter
dorpdurp
drempeldurrepel
dubbeldubbeld

E

echt waarechies
een neef’n omezegger, maar ook ’n nôômzegger
egeegt, grubber
eiaai
er naasrd’r neffe
Er zijn er heel veel’t borst ervan
erfwurf, wurft
erfwurft
ergenserreges, iewerstaer
evenhortie; enige tijd langer is ’n hêêlen hort
evenwelevel

G

gebeurenbeure, beurde, (ge)beurd. ’t Is beurd
Geen zeggenschap hebbenNiet anders in te brenge dan leege briefies
geërfdge-orve; ook ge-urreve
gereedschapgerêêschop
geruildgerolen
gespgeps
gevraagdgevrogen
Gezegd van iemand met een grote mondAs ’t ie stroop eet, dan kleeve z’n oore
gierigslij
gierigaardnijpnaers; ook: neepnaers
gindergunter, gunterwaait
gindsgunter; guñs
GoidschalxoordGoeschallekoord of Nazareth
GoudswaardDe Korendaaik
Greup`’t Lêêpe Stouchie. Inwoners zijn Hokkendammers
grootgrôôt

H

halfboomsplukladderhalfbôômsplokleer
handvegervloerverreke
harkreif, raaif
heiigdêêmsteg
HeinenoordDe Noord. Inwoners zijn Worstebakkers.
het kan gebeuren’t ken beure
het weerbericht zeihij gaf op
higgendewigtussendoor
hoefdehief
hooivorkhooivurrek
houten droogrek voor buitenkleerrak
hun / zijheulie
hun / zijhunnie

I

In de herfst’s herfstaaie; ’s hersstaaie

J

jajaot, beljaot, bèjaot
jagenjaoge, joog, gejooge
jeukjok of juk

K

kaantjeskaaichies; ook: kaontjies
kade (van haven)kaai; ook wordt gehoord kaoi. In Numansdorp: kooi
karnemelkkerremelk
KerstmisKorsemus
kerststolkorswegge; ook korseweg
KlaaswaalKlezwaol, Sodom, Lombok. Inwoners zijn Blieken
Klaaswaal en NumansdorpSodom en Gomorrao
knotwilghooistoof, of kopbôôm
konijnknijn
kop- of wendakkerveurhôôd; ook veurôôd
kroos (waterplantje)krôôs; veel gehoord ook: eendekrôôs
kunnenkennen

L

laarzenlaerze
ladderleer
  
langstendelang, néve
liggenleggen
lisdoddepielepoele; ook: pielepôôte, pielepoole
lusteloos, krachteloosfleut

M

MaasdamMusdam. Inwoners zijn Groenjasse
machinemesjien
marktmart
meisjemaaisie
mesthoopmispit
mestkarmisspreejer
met lange tanden etenspiespooke
MijnsheerenlandMeseereland. Inwoners zijn Horrekijkers
mistigdéémstig
moe, lusteloosfleut
molenmeule
morgenmerrege; ook murrege
motorfietsstôômfiets
mugmeezek
musmos
muurtjebeertie

N

na elkaartende mekaor
naastnaest, neffe
neenêênt, welnêênt, belnêênt
Nieuw BeijerlandNaozereth. Inwoners zijn Krielfreters of Filepopers
noordoostenwindEen hôôge wind
NumansdorpBuitensluis. Inwoners zijn Takkebosse
NumansdorpNumesdurp
NumansdorpInwoners van dit dorp worden takkebosse genoemd

O

oh oh ohbel bel bel
onkruidhakkerschrepel
onlangsonderlest
ookok
op / afrit van de dijkstoep
oprijlaanlaning
Oud BeijerlandersEen van de scheldnamen is: stoepie schaaiters
Oud-BeijerlandBaailand, of Baaierland. Inwoners zijn Krieke (dieve), Stokkiesmanne, Kaeskoppe, Schrêêuwers
ouderwetsoudverwest, of ouferwes (t)
overallketelpak

P

paardpaerd
paardenbloemzudessel of zudissel
paardenmarktpaerdemart, paeremart
palingpaeling
pas op!heb’erg
passantveurbaaiganger
Piershil’t Kraoienest. Inwoners zijn Kraoie
plasticplestiek
plotselinghôôd over bol, hôôd over staet
politiepliessie
primaboitegeweun
proppenschieterklapbos, klapbus
PuttershoekPietersoek. Inwoners zijn Brokke

R

raken, raakte, geraaktraoke, roch, gerocht
ratrot
reparerenrippereere
RitselaarsdijkDe Risselaer
rode bietenkroote
rondjeroñdjie
rotonderontonde
ruimte tussen dijk en dijkhuishooloo (alleen ’s Gravendeel e.o.)

S

schaapschaep
schoffelschreepel (korte steel) kôôlauw, of kôôlof (lange steel)
schoonschôôn
schouderschoer
sikkelzeekel
sindssunt
Sint AnthoniepolderDe Polder
SinterklaasSuntereklaos
slaapvaok
slapslop
slechte kwaliteitpikepoelie Navraag bij Werkgroep Dialecten Hoeksche Waard leert, dat men dit woord niet als zodanig kent, maar wel als de bloeiwijze van de lisdodde (zie ook pielepoot, pielepôôl, pielepool
smeuïgsmaai
spelenspeulen
staan, stond, gestaanstaon, sting of stong, gestaon
stevige zuidoosten windpoepesturrem
StouchieStoutjesdijk, samen met Greup één buurtschap vormend. Zie ook Greup
straksdemee of daolek
straks, als het zover isdemee v’r dan
StrijenStrien. Inwoners zijn Vullejaegers
Strijen SasSas. Inwoners zijn Sasse Blieke
stukjestikkie
suikerbietenpee

T

tarweterrow, terw, terf
tegendraadstegesporreleg
thuisafhankelijk waar men is / woont: thuis, thoois, thois
toch wel / evenwelevel
trotsgrôôs

U

uijuin

V

varkenverreke
varkensverrekes
veelveul
veger en blik(vloer) verreke en blik
verbakkeverbeteren
verdêêmelevertrappen
verderopgunterwait
verfvurf of vurrow
verschaaieverscheidene
visite in de avondurenkortaevende
vliegmug
voederbietenmangels
voedster (vrouwtjes konijn)voester
vogelveugel
vorig jaarleste jaar
vorige weekvleejeweek, of vleeweek
vorkvurrek

W

wangenkôône
warmwerrem
warm (erg)hêêt
weg gaan na een bezoekde pad opkorte
weljaweljanuk / wejaot, maar zeker ook beljaonek, bèjaot
welneewelnêênt, welnêênek, belnêênt, belnêênek
wend- of kopakkerveurrôôd; ook veurhôôd
wenkbrauwwenksbrauw, wijnsbrauw
werkpauze halverwege de ochtend of middaghalf schoft
wespweps
WestmaasDe Maes. Inwoners zijn Braaihappers
wettewedden
woedendtierepes, tierpes
woensdagavond’s woenzes ’s aeves
wonenweunen
worden, word(t), gewordenworre, wor(d, t), geworre

Z

zeggenzegge, zee, gezaid
zeiszaais
zich lamlendig voelend’n Baaierlander in je lijf hebben
zijn fietshum fiets
zojuistdenet
zomer (s)summer (s)
zometeendrek / demee
Zuid BeijerlandD’n Histert, of De Kouwen Histert
zuursopsaus van boter en azijn
Zwartsluisje’t Sloisie

 

Bron Mijn Woordenboek


Elke avond op de hoogte van het laatste nieuws uit de Hoeksche Waard? Schrijf je dan hier in voor onze gratis nieuwsbrief.








Deel dit artikel
De redactie van Hoeksch Nieuws verzorgt dagelijks het laatste nieuws uit de Hoeksche Waard.
error: Deze inhoud is beveiligd tegen kopiëren